Hoe uw klei voorbereiden om te verwerken met een strengpers / extruder


Hierbij alvast een duidelijke uitleg over welke stappen er belangrijk zijn!

01. Natte klei


Tijdens het draaien worden alle restanten van klei verzameld in een goed afgesloten klei-emmer. Deze van 18 liter is hiervoor zeer geschikt.

Indien gewenst kan dit per kleur, dat geeft een egalere kleur bij het verwerken.

Veel ateliers kiezen ervoor om alles in één emmer te gooien, op die manier krijgen ze een unieke doch vrij constante ‘recupklei’.

Opgelet – meng géén laagbak-klei met hoogbak-klei 

02. Kleislib


Tijdens het draaien vangt u alle water dat in de slibbak komt, het water van het “sponsemmertje”, ... op in een aparte emmer.

Na een aantal dagen is dit bezonken en schep of giet je het overtollige water af.

Op die manier krijg je een tweede emmer met “kleislib”. 

03. Droge klei


De kleiresten die ontstaan bij het afdraaien, of de lederharde stukken 

(deze verzamel je en pas als ze voldoende droog zijn worden ze met een hamer stukgeslagen tot kleine stukjes klei) die toch niet aan uw verwachtingen voldoen worden eveneens verzameld in een derde emmer

04. Verwerking en tussenstap


Op regelmatige tijdstippen wordt de droge klei gemengd met het kleislib. Zorg dat de verhouding kleislib/droge klei wat in evenwicht is zodat de kleipap voldoende stevig is om op een gipsplaat te leggen drogen (indien er teveel vocht in is dan moet het te lang drogen op de kleiplaat).

Laat het mengsel slib/droge klei bij voorkeur een aantal dagen “rusten” voordat u er verder mee aan de slag gaat, zodat het vocht voldoende kan opgenomen worden door de droge kei, waardoor een egale massa ontstaat. Dit spaart u heel wat roeren/mankracht.

Leg dit mengsel (5 a 10 cm dik) op een gipsplaat en laat drogen totdat de klei aanvoelt als “nieuwe” klei. Indien uw ruimte te warm is kan dit vrij snel gaan en kan de bovenkant toch wat gaan uitdrogen, probeer dit te vermijden.

Breng de “natte klei” die u zo bekomt over in een goed afgesloten klei-emmer of ton. 


Klei